Voedselbosje De Kleine Ham
Sommige van de links in deze blog zijn affiliatelinks. Dat betekent dat als u op de link klikt en het artikel koopt, ik daar een (bescheiden) affiliate commissie voor krijg. Dit kost u niets extra’s. Ik sta volledig achter alle meningen die ik in deze blog uit.
Laatst bewerkt op 1 oktober 2024
Een paar jaar geleden hebben we naast onze woning een bescheiden voedselbosje aangelegd. In dit blog vertel ik je hier graag wat meer over.
Luchtfoto, augustus 2022
Het ontwerp
Wij wonen in het buitengebied van Bennekom. Naast ons huis lag een weiland van zo’n 2000 m2 wat we eigenlijk nergens voor gebruikten. We hadden al wel in 2016 een kleine boomgaard met 6 fruitbomen aangeplant en ook hadden we in datzelfde jaar een klein bosje met inheemse soorten als de hazelaar, meidoorn, Gelderse roos, berk en dergelijke aangeplant. Maar verder deden we niets met die grond.
Vanuit mijn beroep als zelfstandig tuin- en landschapsontwerper had ik al interesse in voedselbossen. Dus zo ontstond het idee om ons weiland in te richten als klein voedselbosje. Ik zeg klein, want een volwaardig voedselbos is vaak minimaal een halve hectare groot. Zo begon ik vervolgens in 2021 met het maken van het ontwerp. Dat kun je hier vinden: Ontwerp voedselbosje De Kleine Ham
Bij het maken van het ontwerp waren een paar dingen voor mij van belang. Allereerst was het voor mij belangrijk dat het voedselbosje zou passen in het landschap. We wonen op het platteland in een kleinschalig landschap. Erven zijn vaak ingericht met een boomgaard voor of naast de woning en met een bomenrij of singel op de erfgrens. Waar een boomgaard er vrij netjes en overzichtelijk uitziet, ziet een voedselbos er vaak wat rommeliger uit. Dat natuurlijke karakter is uiteraard juist een kracht van een voedselbos, maar voor de gemiddelde voorbijganger is dat niet altijd direct duidelijk. Dus wilde ik de randen van ons voedselbos zo ontwerpen dat het er van de openbare weg bezien, uit zou zien als een regulier bosje met inheemse soorten. Ik koos ervoor om de, al aanwezige, boomgaard over de hele breedte van ons kavel door te trekken. Tussen de boomgaard en het voedselbosje plande ik een gemengde haag in. De haag is een duidelijke grens tussen de “nette” boomgaard en het natuurlijkere voedselbosje. De haag bestaat uit de volgende soorten: veldesdoorn (Acer campestre), krent (Amelanchier lamarckii), haagbeuk (Carpinus betulus), wilde liguster (Ligustrum vulgare) en winterlinde (Tilia cordata). De andere randen van het voedselbos wilde ik ook landschappelijk inrichten. Dus koos ik daarvoor veelal inheemse soorten, zoals els, vlier, meidoorn en hazelaar. Voor het voedselbosje zelf koos ik een grote verscheidenheid aan soorten. Welke soorten dat allemaal zijn lees je hier: Soortkeuze van ons voedselbosje
De aanplant
Toen het ontwerp klaar was konden we starten met planten. Daarmee begonnen we begin 2022. In de eerste fase gingen er ruim 200 planten de grond in. Een aantal daarvan zijn helaas niet goed aangeslagen en moe(s)ten vervangen worden. Maar het overgrote deel doet het goed en begint te groeien en zachtjes aan de eerste oogst te geven. Bijna elk jaar voegen we nog wel weer soorten toe of vervangen we planten die niet zijn aangeslagen.
Het beheer
Er wordt wel eens gezegd dat een voedselbos relatief onderhoudsarm is en zichzelf in stand houdt. Dat is denk ik redelijk het geval bij een volwassen voedselbos, maar bij een jong voedselbos, ben je wel geregeld aan het bijsturen en is er toch wel redelijk wat onderhoud nodig. Wij zijn begonnen op een stuk weiland. Als je bomen en struiken aanplant in gras moet je uitkijken dat het gras de nieuwe aanplant niet verstikt. Het gras proberen we op verschillende manieren te onderdrukken. De paden maaien we, deze mogen gras blijven. Op bepaalde stukken bedekken we het gras met organisch materiaal, zoals blad en snoeiafval. We hopen het zo op termijn te verstikken. Andere stukken heb ik afgedekt met een laag karton en kranten en vervolgens bedekt met tuinaarde en compost. Vervolgens plantte ik daar al wat aardbeien en asperges. Maar die plekken raakten toch vrij snel weer overwoekerd met gras. We hebben in ons voedselbosje een verrijdbaar kippenhok staan. De kippen scharrelen er in de ren lekker op los en op de plekken waar de ren voor langere tijd staat, wordt het gras aardig teruggedrongen. Dus wellicht kunnen we de kippen nog wat actiever inzetten, in het onderdrukken van het gras. Meer over onze kippen in het voedselbos vind je hier: Kippen in het voedselbos
Naast het onderdrukken van het gras is een andere vorm van beheer het in toom houden van de (wilde) bramen. Bramen kunnen zich erg invasief gedragen en als we deze niet geregeld wegsnoeien, zouden de bramen op termijn het hele voedselbosje overnemen. Het snoeien van de bramen is een vervelend klusje, omdat bramen erg vervelende doorns hebben.
Naast het snoeien van bramen is het snoeien van de reguliere bomen en struiken ook een onderdeel van het beheer. Hoeveel je snoeit hangt van meerdere factoren af. Sommige mensen hangen de theorie aan dat je in een voedselbos (vrijwel) niet hoeft te snoeien. Mensen die een achtergrond hebben in de (reguliere) fruitteelt zijn gewend bomen en struiken geregeld te snoeien om de opbrengst te vergroten. Er is ook nog een groep die juist actief snoei toepast als onderdeel van het beheer om zo de het proces van de opbouw van een gezonde bodem te versnellen. Er wordt dan zomersnoei toegepast, en alles wordt ter plekke als mulch gebruikt. Dit volgt de filosofie van de syntropische landbouw.
Wij laten de hoogstamfruitbomen geregeld ‘volgens het boekje’ snoeien. Verder snoei ik takken die me in de weg zitten weg. Deze takken en ook het maaisel van het gras gooi ik tussen de planten en gebruik ik zo als mulch om de bodem (versneld) op te bouwen.
De oogst
De vraag die ik geregeld krijg is: “Valt er al iets te oogsten uit jullie voedselbosje?” Gelukkig kan ik dat met “ja” beantwoorden, maar dan altijd wel met de kanttekening dat het nog niet veel is. Maar wel elk jaar een beetje meer! Het eerste jaar hadden we, van de nieuwe aanplant vooral wat oogst van wat bessenstruiken. Maar dat was nog verwaarloosbaar. Vorig jaar hadden we voor het eerst amandelen en mispels om te oogsten. Dit jaar konden we voor het eerst ook nashiperen, kastanjes en walnoot oogsten. Dus steeds meer soorten beginnen vrucht te dragen. Per soort wordt de oogst ook steeds iets meer, ook al komen er ook zogenaamde beurtjaren voor als een boom een keer minder vrucht draagt.